Met als doel de uitstoot van broeikasgassen te beperken, hebben vele landen het protocol van Kyoto geratificeerd. De normen (EURO 4 en EURO 5) voor bedrijfsvoertuigen beperken de uitstoot van deeltjes en stikstofoxide (Nox) in de uitlaatgassen op drastische wijze.

Om dergelijke resultaten te bereiken, hebben bijna alle constructeurs van bedrijfswagens geopteerd voor de SCR-technologie (Selective Catalytic Reduction). De stikstofoxides worden in waterdamp en onschadelijk stikstof omgezet dankzij de verstuiving van AdBlue in de stroom warme gassen van de knalpot.

Voor een naleving van de EURO 5-norm zou het AdBlue-verbruik tussen 5 en 6% van het dieselverbruik moeten liggen.

Eigenschappen en beperkingen van AdBlue

AdBlue is onderworpen aan de DIN V 70070-norm die de kwaliteit van het product garandeert. Het gaat hier in hoofdzaak om een waterachtige oplossing (op basis van water) die voor ongeveer 32% samengesteld is uit synthetisch ureum. Hoewel deze kleurloze en biologisch afbreekbare oplossing niet giftig is, zijn er toch belangrijke beperkingen van kracht inzake de opslag en verdeling. AdBlue bevriest onder –10°C en breekt af bij hoge temperaturen (het proces versnelt nog rond 80°C). Het in hoofdzaak uit water en ureum samengestelde product is vanzelfsprekend corrosief en mag enkel met sommige plastic stoffen of roestvrij staal in contact komen.

Om aan deze beperkingen te voldoen, hebben we onze stations en hun uitrustingen moeten aanpassen zodat deze aan de temperatuurschommelingen en corrosie konden weerstaan!!!

Ons gamma MSBoxAdBlue-stations voldoet perfect aan deze eisen.